Over dat alleen een bed voldoende is, stromend water zou bij nader inzien toch ook best een uitkomst zijn geweest. We besloten er een avontuurlijk in plaats van comforabel weekendje weg van te maken, dus konden we ook wel twee dagen zonder douche.
‘s Middags liepen we naar het strandje en daar begon het paradijsgedeelte van dit verhaal. Wat was het mooi! Palmbomen, zand, idyllische bootjes en een groots meer. We waren allemaal doodmoe van onze werkweken en hebben heerlijk op onze strandstoeltjes gerelaxt. Er poepte een vogel op mijn hoofd. Ik besloot dat ik mijn douche toch ging missen.
Een paar jochies waren aan het vissen en de zon kwam langzaam maar zeker door. Ik kan hier veel over zeggen, maar ik zal de foto’s voor zich laten spreken:
Fijn.
‘s Avonds hebben we bij een hotel (waar ze wel stromend water hadden) wat gegeten. We waren de enige gasten. Een stoere ober bracht ons naar huis, want het was pikkedonker en alleen teruglopen leek ons niet een heel strak plan.
Het was eigenlijk een heel leuk tochtje, zo in het donker. Afrikanen zie je ‘s nachts alleen als ze lachend hun witte tanden showen (werkt goed voor het schrikeffect..), vergeleken met hen zijn wij glow-in-the-dark. We hadden wederom veel bijkijks. We stopten bij een bron, waar warm water uit de grond komt spuiten en de plaatselijke bevolking gezellig met zijn allen doucht. Nouja, mijn haar kon nog wel een dagje wachten.
Kaylee: ‘Oh I love this trip! Everytime I think: What will happen next? It’s so crazy..’.
Om haar vraag te beantwoorden: de stroom viel uit. Maar we konden ook koekjes met pindakaas en M&M’s eten zonder licht. Gezellig!
Vervolgens zakten we door het bed. Nu was de hele situatie zo ontzettend grappig en bizar, dat we de slappe lach kregen. Alleen bleek Kaylee niet te lachen, maar te huilen (en te vloeken), want haar voet zat klem tussen het bed en de vloer. Ze schreeuwde het uit en was er van overtuigd dat hij was gebroken.
Op dit moment vonden wij het ook niet zo grappig meer (beseffende dat er in Benin geen ambulances zijn en we ons 2,5 uur rijden van het schip bevonden en niemand ons daar heen kon brengen). Het ging eigenlijk best snel. Twee meiden raakten in paniek, en werden meteen weer gerustgesteld. Een snelle inventarisatie leverde op: 1 OK-assistent, 1 doktersassistent en 1 geneeskundestudent die nog niet eens met haar co-schappen was begonnen. Nadat we Kaylee’s voet hadden bevrijd, doopten we een handdoek in onze emmer water en probeerden we te koelen, want de voet begon als een razende te zwellen. We hebben gebeden. En 600 mg Ibruprofen in Kaylee’s mond gestopt. Ik was blij dat ik stage had gelopen op de Eerste Hulp en nog wist hoe je een voet moest onderzoeken. Ik dacht niet dat het gebroken was, maar het blijft natuurlijk moeilijk te zeggen. Dorothea legde een strak verband aan. We dachten na over hoe we Kaylee naar het schip konden krijgen, maar aangezien ze daar toch niks meer konden doen dan pijnstilling geven en de nacht afwachten tot de arts er weer was, besloten we dat we bleven. Ondertussen bestierf Kaylee het nog steeds van de pijn. We gingen verhalen vertellen om de aandacht af te leiden. We hebben een filmpje gemaakt. Zo werd het toch nog een ontzettend grappige avond. Aangezien het bed compleet was ingestort, verleepten we Kaylee’s matras naar de vloer. Toen we dachten dat we wel genoeg hadden meegemaakt, brak Annemarie het toilet. Slappe lach alom..
Goed, Annemarie en ik gingen in onze bunker (donker hok met stapelbed) slapen. Ik had een muskietennet, Annemarie sprayde genoeg anti-mug om alle levende wezens in de hele kamer de adem te benemen, zo ook die van mij. Het was ontzettend heet. We konden niet slapen. Dat iemand in de kamer naast ons de fluit bespeelde, hielp niet. We kregen de slappe lach. Om 04:00 uur werd ik wakker van een haan die niet alleen even zijn keel schraapte, maar een vol half uur zijn repertoire ten gehore bracht. Ik vroeg me ineens af of er ook spinnen waren in Benin. En of die ook giftig zijn. Of dodelijk zelfs misschien. En of die ook onder mijn muskietennet door zouden kunnen kruipen om mij te vermoorden. Het was een onrustige nacht.
De volgende ochtend was Kaylee’s voet nog steeds overtuigend blauw. De guesthouse-eigenaar bood opvallend vaak zijn excuses aan voor het instorten van het bed. Hij wilde Kaylee’s voet eens fijn gaan masseren, wat haar een minder goed idee leek. We ontbeten buiten met onze pindakaas en cornflakes en de mannen van het hotel waren enorm enhtousiast over deze vreemde ontbijtgewoontes. Dus aten ze vrolijk mee. Kaylee werd achterop een motor gezet en wij liepen weer naar het strand. Hier kregen we in een bootje visles. Leuk! Op het meer was een grote cirkel gemaakt met takken, dit was een voodoo-offercirkel. Dat vond ik minder leuk. De man legde uit dat hier één keer per maand offers werden gebracht om de goden gunstig te stellen. Buiten deze ene dag was het ten strengste verboden om binnen de cirkel te vissen. Deed je dat wel, dan kon je betrapt, jawel, gesnapt, worden. Wat dat inhield, wist ik niet. Het klonk niet goed.
Helaas vingen we slechts twee mini-visjes, maar het was erg lekker om op het water te zijn en eens goed te verbranden.
Wonder boven wonder kwam onze taxi-chauffeur opdagen. Hij had een mooie manier gevonden om ons terug te pakken. Hij had nu namelijk maar één auto laten komen in plaats van twee. Dorothea ging in de achterbak. Drie mensen gingen voorin. Kaylee’s voet kreeg gedurende 2,5 uur geen bloed meer. Vier mensen zaten op de achterbank.
De man stopte het welbekende cassetebandje in zijn cassetespeler. Hij werd automatisch herhaald. Ik heb het liedje tot nu toe nog niet uit mijn hoofd kunnen krijgen.
‘s Avonds hebben we bij een hotel (waar ze wel stromend water hadden) wat gegeten. We waren de enige gasten. Een stoere ober bracht ons naar huis, want het was pikkedonker en alleen teruglopen leek ons niet een heel strak plan.
Het was eigenlijk een heel leuk tochtje, zo in het donker. Afrikanen zie je ‘s nachts alleen als ze lachend hun witte tanden showen (werkt goed voor het schrikeffect..), vergeleken met hen zijn wij glow-in-the-dark. We hadden wederom veel bijkijks. We stopten bij een bron, waar warm water uit de grond komt spuiten en de plaatselijke bevolking gezellig met zijn allen doucht. Nouja, mijn haar kon nog wel een dagje wachten.
Kaylee: ‘Oh I love this trip! Everytime I think: What will happen next? It’s so crazy..’.
Om haar vraag te beantwoorden: de stroom viel uit. Maar we konden ook koekjes met pindakaas en M&M’s eten zonder licht. Gezellig!
Vervolgens zakten we door het bed. Nu was de hele situatie zo ontzettend grappig en bizar, dat we de slappe lach kregen. Alleen bleek Kaylee niet te lachen, maar te huilen (en te vloeken), want haar voet zat klem tussen het bed en de vloer. Ze schreeuwde het uit en was er van overtuigd dat hij was gebroken.
Op dit moment vonden wij het ook niet zo grappig meer (beseffende dat er in Benin geen ambulances zijn en we ons 2,5 uur rijden van het schip bevonden en niemand ons daar heen kon brengen). Het ging eigenlijk best snel. Twee meiden raakten in paniek, en werden meteen weer gerustgesteld. Een snelle inventarisatie leverde op: 1 OK-assistent, 1 doktersassistent en 1 geneeskundestudent die nog niet eens met haar co-schappen was begonnen. Nadat we Kaylee’s voet hadden bevrijd, doopten we een handdoek in onze emmer water en probeerden we te koelen, want de voet begon als een razende te zwellen. We hebben gebeden. En 600 mg Ibruprofen in Kaylee’s mond gestopt. Ik was blij dat ik stage had gelopen op de Eerste Hulp en nog wist hoe je een voet moest onderzoeken. Ik dacht niet dat het gebroken was, maar het blijft natuurlijk moeilijk te zeggen. Dorothea legde een strak verband aan. We dachten na over hoe we Kaylee naar het schip konden krijgen, maar aangezien ze daar toch niks meer konden doen dan pijnstilling geven en de nacht afwachten tot de arts er weer was, besloten we dat we bleven. Ondertussen bestierf Kaylee het nog steeds van de pijn. We gingen verhalen vertellen om de aandacht af te leiden. We hebben een filmpje gemaakt. Zo werd het toch nog een ontzettend grappige avond. Aangezien het bed compleet was ingestort, verleepten we Kaylee’s matras naar de vloer. Toen we dachten dat we wel genoeg hadden meegemaakt, brak Annemarie het toilet. Slappe lach alom..
Goed, Annemarie en ik gingen in onze bunker (donker hok met stapelbed) slapen. Ik had een muskietennet, Annemarie sprayde genoeg anti-mug om alle levende wezens in de hele kamer de adem te benemen, zo ook die van mij. Het was ontzettend heet. We konden niet slapen. Dat iemand in de kamer naast ons de fluit bespeelde, hielp niet. We kregen de slappe lach. Om 04:00 uur werd ik wakker van een haan die niet alleen even zijn keel schraapte, maar een vol half uur zijn repertoire ten gehore bracht. Ik vroeg me ineens af of er ook spinnen waren in Benin. En of die ook giftig zijn. Of dodelijk zelfs misschien. En of die ook onder mijn muskietennet door zouden kunnen kruipen om mij te vermoorden. Het was een onrustige nacht.
De volgende ochtend was Kaylee’s voet nog steeds overtuigend blauw. De guesthouse-eigenaar bood opvallend vaak zijn excuses aan voor het instorten van het bed. Hij wilde Kaylee’s voet eens fijn gaan masseren, wat haar een minder goed idee leek. We ontbeten buiten met onze pindakaas en cornflakes en de mannen van het hotel waren enorm enhtousiast over deze vreemde ontbijtgewoontes. Dus aten ze vrolijk mee. Kaylee werd achterop een motor gezet en wij liepen weer naar het strand. Hier kregen we in een bootje visles. Leuk! Op het meer was een grote cirkel gemaakt met takken, dit was een voodoo-offercirkel. Dat vond ik minder leuk. De man legde uit dat hier één keer per maand offers werden gebracht om de goden gunstig te stellen. Buiten deze ene dag was het ten strengste verboden om binnen de cirkel te vissen. Deed je dat wel, dan kon je betrapt, jawel, gesnapt, worden. Wat dat inhield, wist ik niet. Het klonk niet goed.
Helaas vingen we slechts twee mini-visjes, maar het was erg lekker om op het water te zijn en eens goed te verbranden.
Wonder boven wonder kwam onze taxi-chauffeur opdagen. Hij had een mooie manier gevonden om ons terug te pakken. Hij had nu namelijk maar één auto laten komen in plaats van twee. Dorothea ging in de achterbak. Drie mensen gingen voorin. Kaylee’s voet kreeg gedurende 2,5 uur geen bloed meer. Vier mensen zaten op de achterbank.
De man stopte het welbekende cassetebandje in zijn cassetespeler. Hij werd automatisch herhaald. Ik heb het liedje tot nu toe nog niet uit mijn hoofd kunnen krijgen.